-
1 revolt
n. oproer, opstand--------v. opstaan. in opstand komen; doen walgenrevolt1[ rivvoolt]♦voorbeelden:stir people to revolt • mensen opruienin revolt • opstandig, oproerig1 walging ⇒ afkeer, weerzin♦voorbeelden:1 turn away in revolt (from something/someone) • zich vol walging (van iets/iemand) afwenden————————revolt2♦voorbeelden:II 〈overgankelijk werkwoord; vaak passief〉♦voorbeelden: -
2 mutiny
n. muiterij, opstand--------v. in opstand komenmutiny1[ mjoe:tinnie] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————mutiny2〈werkwoord; mutinied〉1 muiten♦voorbeelden: -
3 break out in revolt
-
4 mutiny against
mutiny against -
5 rebel
-
6 rise
n. opslag, verhoging; stijging; opkomst--------v. opstaan; opgaan; stijgenrise1[ rajz]1 helling ⇒ verhoging, hoogte♦voorbeelden:♦voorbeelden:give rise to • aanleiding geven tot————————rise2♦voorbeelden:rise again • uit de dood opstaanrise to one's feet • opstaan2 good teamworkers should rise above personal jealousies • goede teamgenoten moeten boven persoonlijke naijver staanthe curtain rises on a Victorian room • het gordijn gaat op en toont een Victoriaanse kamerhe rose to the suggestion • hij begreep de wenkrise to the rank of lieutenant • bevorderd worden tot luitenant -
7 throw off the yoke
-
8 yoke
n. juk, heerschappij; koppeling; schouderblok met tuig (voor trekdieren); onderdrukking; balans/brug/magneetjuk--------v. onder het juk brengen; in/voorspannen; koppelen, verbindenyoke1[ jook] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: in betekenis 0.2 ook yoke〉2 koppel ⇒ span, paar♦voorbeelden:pass/come under the yoke • zich onderwerpenthrow off the yoke • in opstand komen tegen de dwingelandij2 three yoke of oxen • drie juk/stel ossen————————yoke2〈 werkwoord〉1 onder een/het juk brengen ⇒ jukken, in/voorspannen♦voorbeelden:yoke someone to another • iemand aan een ander koppelen -
9 contrary to service regulations
tegenovergesteld aan dienstregulaties (het in opstand komen tegen inwendige maatregelen) -
10 raise
n. (het) verhogen--------v. oplichten; verheffen; verhogen, bijeenbrengen; grootbrengen; verbouwen; fokkenraise1[ reez] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————raise2II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 rechtop/overeind zetten ⇒ oprichten; doen opstaan5 bouwen ⇒ opzetten, stichten6 kweken ⇒ produceren, verbouwen8 uiten ⇒ aanheffen; ter sprake brengen, opperen9 doen ontstaan ⇒ beginnen, in het leven roepen♦voorbeelden:raise questions • vragen opwerpenwe'll raise these issues with the staff • we zullen deze kwesties met de staf besprekenthe play raised a storm of applause • het stuk ontketende een storm van toejuichingenthe old wreck was raised to the surface • het oude wrak werd boven water gebracht14 raise money • aan geld komen, geld bij elkaar krijgenraise taxes • belastingen heffen
См. также в других словарях:
Bløf — Pays d’origine Pays Bas Genre musical Rock Années d activité Depuis 1992 Labels … Wikipédia en Français